Kort antwoord:
Ja.
Langer antwoord:
Als je diep het heelal in kijkt, kijk je terug in de tijd. Dat komt doordat het licht van sterren en sterrenstelsels tijd nodig heeft om op aarde aan te komen. Licht reist met een zeer hoge snelheid van ca. 300.000 kilometer per seconde, maar zelfs de dichtstbijzijnde ster staat al zo ver weg dat het licht er ruim vier jaar over doet om ons te bereiken. We zien die ster dus zoals hij er ruim vier jaar geleden uitzag.
De meeste sterren die je 's nachts met het blote oog aan de hemel ziet staan, bevinden zich op afstanden van tientallen of honderden lichtjaren. Dat wil zeggen dat het licht van die sterren er tientallen of honderden jaren over doet om op aarde aan te komen.
De rode reuzenster Betelgeuze in het sterrenbeeld Orion bevindt zich op een afstand van ongeveer 600 lichtjaar. Het licht van Betelgeuze heeft er dus 600 jaar voor nodig om de afstand tot de aarde te overbruggen. Het licht van Betelgeuze dat we nú opvangen, werd dus aan het begin van de vijftiende eeuw uitgezonden. We zien Betelgeuze zoals de ster er een paar honderd jaar geleden uitzag.
Betelgeuze is een ster die op het punt staat om als supernova te exploderen. Misschien is dat al gebeurd, maar is het licht van die explosie nog niet op aarde aangekomen. Als de ster in het jaar 1900 is ontploft, zullen wij daar pas rond het jaar 2500 iets van zien. Al die tijd zien we Betelgeuze gewoon aan de hemel staan, terwijl de ster dus eigenlijk niet meer bestaat.
Betelgeuze is een uitzondering, omdat hij het eind van zijn leven nadert. Voor verreweg de meeste sterren die we 's nachts aan de hemel zien, maakt het nauwelijks verschil: die zien er nu hetzelfde uit als een paar honderd of een paar duizend jaar geleden. Maar in principe is het dus heel goed mogelijk om sterren te zien die niet meer bestaan.
Op nog veel grotere afstanden, van honderden miljoenen of zelfs miljarden lichtjaren, is de 'terugkijktijd' een handig hulpmiddel voor astronomen. Door het heelal te bestuderen op zulke kolossale afstanden, kijken we ook enorm ver terug in de tijd, en zien we het heelal dus zoals het er miljarden jaren geleden uitzag. Op die manier hebben sterrenkundigen veel informatie over de levensloop van het heelal weten te achterhalen.