Star Formation and the ISM: interactions in the Milky Way and other galaxies
De mechanische processen van een ster hebben grote invloed op de temperatuur van het interstellaire medium. Dit concludeert Edo Loenen in zijn proefschrift waarin hij op 23 oktober 2009 is gepromoveerd aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Edo Loenen bestudeerde hoe sterren zich vormen en ontwikkelen door te kijken naar hun ‘geboorteplaats’: het gas dat verspreid is in de ruimte, het zo geheten InterStellaire Medium (ISM). Hij onderzocht wat de eigenschappen van het ISM zijn waarin sterren vormen en hoe die eigenschappen veranderen tijdens de ‘levensloop’ van de sterren. Tevens keek hij of er verschillen zijn in deze eigenschappen tussen de Melkweg en andere melkwegstelsels.
Sterren zijn de bouwstenen van het universum. Tijdens hun leven beïnvloeden sterren hun omgeving op allerlei manieren: ze warmen hun omgeving op met straling, tijdens hun ‘geboorte’ en ‘dood’ produceren ze sterke gasstromingen die het vormen van nieuwe sterren kan veroorzaken en sterren maken de elementen waaruit de planeten en uiteindelijk het leven zelf zijn ontstaan.
Om de eigenschappen van het ISM te bepalen stelde Loenen twee grote sets waarnemingen samen van straling afkomstig van gasmoleculen in zowel de Melkweg als andere melkwegstelsels. Deze waarnemingen probeerde hij vervolgens te verklaren door ze te vergelijken met de voorspellingen van theoretische modellen.
Hieruit is gebleken dat de eigenschappen van het ISM grotendeels hetzelfde zijn in de Melkweg als in andere melkwegstelsels. Een verrassende conclusie van Loenens onderzoek is dat de mechanische processen van een ster (gasstromen tijdens de vorming en vernietiging van de ster) grote invloed hebben op de temperatuur van het ISM. De afgeleide temperaturen zijn hoger dan algemeen aangenomen, hetgeen grote gevolgen kan hebben voor de vorming van nieuwe sterren.
vrijdag 23 oktober 2009, 13.15 uur,
Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Kapteyn Instituut, Rijksuniversiteit Groningen
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Promotor(s): prof.dr. M. Spaans, prof.dr. W.A. Baan
Edo Loenen bestudeerde hoe sterren zich vormen en ontwikkelen door te kijken naar hun ‘geboorteplaats’: het gas dat verspreid is in de ruimte, het zo geheten InterStellaire Medium (ISM). Hij onderzocht wat de eigenschappen van het ISM zijn waarin sterren vormen en hoe die eigenschappen veranderen tijdens de ‘levensloop’ van de sterren. Tevens keek hij of er verschillen zijn in deze eigenschappen tussen de Melkweg en andere melkwegstelsels.
Sterren zijn de bouwstenen van het universum. Tijdens hun leven beïnvloeden sterren hun omgeving op allerlei manieren: ze warmen hun omgeving op met straling, tijdens hun ‘geboorte’ en ‘dood’ produceren ze sterke gasstromingen die het vormen van nieuwe sterren kan veroorzaken en sterren maken de elementen waaruit de planeten en uiteindelijk het leven zelf zijn ontstaan.
Om de eigenschappen van het ISM te bepalen stelde Loenen twee grote sets waarnemingen samen van straling afkomstig van gasmoleculen in zowel de Melkweg als andere melkwegstelsels. Deze waarnemingen probeerde hij vervolgens te verklaren door ze te vergelijken met de voorspellingen van theoretische modellen.
Hieruit is gebleken dat de eigenschappen van het ISM grotendeels hetzelfde zijn in de Melkweg als in andere melkwegstelsels. Een verrassende conclusie van Loenens onderzoek is dat de mechanische processen van een ster (gasstromen tijdens de vorming en vernietiging van de ster) grote invloed hebben op de temperatuur van het ISM. De afgeleide temperaturen zijn hoger dan algemeen aangenomen, hetgeen grote gevolgen kan hebben voor de vorming van nieuwe sterren.
vrijdag 23 oktober 2009, 13.15 uur,
Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Kapteyn Instituut, Rijksuniversiteit Groningen
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Promotor(s): prof.dr. M. Spaans, prof.dr. W.A. Baan