Met ESO’s Very Large Telescope is een schitterende opname gemaakt van een markant tweetal sterrenstelsels dat ook wel ‘de Ogen’ wordt genoemd. De grootste van de twee, NGC 4438, was ooit een spiraalstelsel, maar is ernstig vervormd geraakt door botsingen met andere stelsels, zoals die zich de afgelopen paar honderd miljoen jaar hebben afgespeeld. Deze foto is de eerste in het kader van het ‘Cosmic Gems’-programma, een initiatief waarbij ESO waarnemingstijd heeft gereserveerd voor voorlichtingsdoeleinden.
De Ogen bevinden zich op een afstand van ongeveer vijftig miljoen lichtjaar in het sterrenbeeld Maagd en staan ruwweg 100.000 lichtjaar uiteen. Hun bijnaam verwijst naar het feit dat de kernen van deze stelsels – twee witte ovalen – gezien door een middelgrote telescoop op een in het donker oplichtend paar ogen lijken.
Maar waar de kernen van de beide stelsels een duidelijke onderlinge overeenkomst vertonen, verschillen hun buitendelen sterk. Het stelsel rechtsonder, dat bekendstaat als NGC 4435, is compact en lijkt vrijwel geen gas en stof te bevatten. Het grote stelsel linksboven daarentegen (NGC 4438) vertoont vlak onder zijn kern een band van donker stof. Links van die kern zijn jonge sterren waarneembaar en aan weerszijden ervan zijn vage uitlopers van gas te zien.
De ‘ingewanden’ van NGC 4438 zijn bij een botsing met een ander stelsel als het ware naar buiten getrokken. Deze botsing heeft de spiraalvorm van het stelsel ernstig verstoord, zoals dat over drie à vier miljard jaar mogelijk ook met ons Melkwegstelsel zal gebeuren, wanneer dit in botsing komt met het Andromedastelsel.
Meer informatie, foto's en een video op de ESO-website