Nieuwe waarnemingen wijzen erop dat de planetoïde Lutetia een overgebleven restant is van hetzelfde oermateriaal waaruit de aarde, Venus en Mercurius zijn ontstaan. Astronomen hebben gegevens van ESA’s ruimtesonde Rosetta, ESO’s New Technology Telescope en NASA-telescopen verzameld. Daarbij ontdekten zij dat de eigenschappen van de planetoïde sterke overeenkomsten vertonen met die van een zeldzaam soort meteorieten dat op aarde wordt gevonden, en waarvan wordt gedacht dat ze in het binnenste deel van het zonnestelsel zijn ontstaan. Lutetia moet op enig moment naar haar huidige locatie in de planetoïdengordel tussen Mars en Jupiter zijn gemigreerd.
Een team astronomen van Franse en Noord-Amerikaanse universiteiten heeft de ongewone planetoïde Lutetia op allerlei golflengten gedetailleerd onderzocht om haar samenstelling te kunnen bepalen. Gegevens van de OSIRIS-camera van ESA’s ruimtesonde Rosetta, de New Technology Telescope (NTT) van de ESO-sterrenwacht op La Silla in Chili en NASA’s Infrared Telescope Facility op Hawaï en Spitzer-ruimtetelescoop zijn gecombineerd tot het meest volledige spectrum dat ooit van een planetoïde is verkregen.
Dit spectrum van Lutetia is vervolgens vergeleken met die van meteorieten die op aarde zijn gevonden en uitgebreid in laboratoria zijn geanalyseerd. Slechts één meteorietensoort – enstatietchondrieten – bleek eigenschappen te hebben die over het hele golflengtebereik met die van Lutetia overeenkomen.
Van enstatietchondrieten is bekend dat ze uit materiaal bestaan dat teruggaat tot de begintijd van het zonnestelsel. Gedacht wordt dat zij dicht in de buurt van de zon zijn ontstaan en een belangrijke rol hebben gespeeld bij de vorming van de rotsachtige planeten, meer specifiek de aarde, Venus en Mercurius. Lutetia lijkt dus niet te zijn ontstaan in de planetoïdengordel, waar zij nu deel van uitmaakt, maar veel dichter bij de zon.
Meer op de ESO-website