De Leidse sterrenkundige prof. dr. M. (Marijn) Franx is één van de vier Spinoza-premiewinnaars die NWO vandaag bekendmaakte. Franx is hoogleraar astronomie aan de Leidse Sterrewacht en onderzoekt de vorming en evolutie van sterrenstelsels.
De Spinozapremie is de hoogste Nederlandse onderscheiding in de wetenschap. Iedere laureaat ontvangt een subsidie van tweeënhalf miljoen euro. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) kent de Spinozapremie jaarlijks toe aan Nederlandse onderzoekers die tot de absolute (internationale) top behoren. Het is de vierde keer dat een Nederlandse astronoom de Spinozapremie krijgt. Eerder viel deze eer te beurt aan prof. Ed Van den Heuvel (UvA), prof. Ewine van Dishoeck (UL) en prof. Michiel van der Klis (UvA).
Marijn Franx (Eindhoven, 20 juli 1960) bedrijft ‘archeologie’ van de kosmos. Hij bestudeert sterrenstelsels op grote afstand. Het licht van deze sterrenstelsels is zo lang onderweg geweest, dat het laat zien hoe deze stelsels eruitzagen op veel jongere leeftijd. Op die manier kan Franx bestuderen hoe sterrenstelsels en het heelal veranderen in de loop der tijd. Het licht van de verste sterrenstelsels heeft er 13 miljard jaar over gedaan om de aarde te bereiken, zodat astronomen melkwegstelsels kunnen zien uit de periode dat het heelal minder dan 1 miljard jaar oud was.
Franx en zijn groep ontdekten dat er al oude sterrenstelsels in het jonge heelal bestaan. Die sterrenstelsels vormden om onbekende redenen geen nieuwe sterren; er deed zich een soort kosmische geboortebeperking voor. Bovendien blijkt dat deze sterrenstelsels dramatisch zwaarder maar kleiner zijn dan sterrenstelsels van nu. Dit kan alleen verklaard worden als de sterrenstelsels kannibalisme bedreven en elkaar ‘opaten’ tijdens botsingen. Vorig jaar brak het team een nieuw afstandsecord met de gereviseerde Hubble Space Telescope.
Franx studeerde in 1984 cum laude af te Leiden in de astronomie. Vier jaar later promoveerde hij cum laude, eveneens in Leiden. Tussen 1988 en 1993 werkte hij op Harvard als Junior Fellow, en als Hubble Fellow. Van 1993 tot 1998 was hij hoogleraar in Groningen en sinds 1998 bekleedt hij die positie in Leiden. De laatste jaren waren voor Franx topjaren. Zijn groep behaalde vele resultaten met de Hubble Space Telescope, en 8-meter telescopen op de grond. Zijn groepsleden kregen prestigeuze prijzen en banen aangeboden.
Franx zal in de komende jaren nieuwe gegevens van de gereviseerde Hubble uitwerken, en zal de Spinozapremie gebruiken om de opvolger van de Hubble te gebruiken, de James Webb Space Telescope, die door NASA en ESA gebouwd wordt en op een ESA-raket zal worden gelanceerd. Franx verklaart: “Deze nieuwe telescopen geven ons een ongekende blik op het universum. De vooruitgang is zo groot, dat we nog steeds bezig zijn om de vragen te definiëren. Bij het vinden van de antwoorden vallen we van de ene verbazing in de andere”.
Franx zal de subsidie ook gebruiken om onze kennis van de natuur te delen met een breder publiek: “Mijn doel is om applicaties voor Iphones en andere smart phones te ontwikkelen die op aantrekkelijke wijze de verassingen van de natuur laten zien. Om de creativiteit te stimuleren, beginnen we met een prijsvraag ‘Bedenk een iPhone-applicatie voor de wetenschap’. Franx hoopt verder dat hij zijn subsidie kan gebruiken om een permanente expositie op te zetten over de plaats van de mens in de cosmos, en de moderne astronomie.
Wedstrijd