De gas- en stofrijke omgeving van een jonge ster die is waargenomen met de Herschel Ruimtetelescoop bevat opmerkelijk weinig moleculair zuurstof - het type zuurstof dat wij inademen. Hoewel het element zuurstof veel voorkomt in het heelal hebben zoektochten naar moleculair zuurstof, O2, nauwelijks iets opgeleverd. De chemische processen die plaatsvinden bij het ontstaan van sterren en planeten zijn dus nog niet goed begrepen.
Een team van astronomen, onder wie Umut Yildiz (voorheen Sterrewacht Leiden), heeft gekeken naar een protoster op 750 lichtjaar afstand. Het team vond slechts een zuurstofmolecuul op elke zes miljard waterstofmoleculen in de directe omgeving van de protoster. Astronomen voorspellen op basis van theoretische chemische modellen dat er 6000 maal meer zuurstofmoleculen zouden moeten zijn. Yildiz: "We moeten uitzoeken waarom zuurstofmoleculen overal zo zeldzaam zijn, maar ook wat er speciaal is aan de gebieden waar wel een beetje aanwezig is. Hierdoor kunnen we leren over de chemie in deze gebieden en in het heelal op grotere schaal."
De astronomen denken dat de meeste zuurstofatomen vastvriezen op stofdeeltjes rond de ster. Deze deeltjes, verschillende gassen en ijsdeeltjes draaien rond de ster in een zogeheten protoplanetaire schijf waarin planeten en planetoïden ontstaan door samensmelting. De zuurstofatomen combineren daar gemakkelijker met waterstof om watermoleculen te vormen dan dat ze zuurstofmoleculen vormen.